Als we over het microbioom van de darm spreken, dan bedoelen we de gezonde darmflora; alle micro-organismen die in onze darm (normaal gesproken) te gast zijn. Het zijn wel duizend verschillende soorten bacteriën, schimmels, virussen, maar ook parasieten. Bij elkaar zijn het er zijn 100 triljoen (dat is een 1 met 20 nullen erachter) en als je ze zou wegen dan zouden ze tussen de 1,5 en 3 kilo wegen. Omgerekend is dat vaak zo'n 2 procent van jouw lichaamsgewicht.

Naast je darmflora is er ook nog jouw darmmilieu; de omgeving in je darmen zelf met het darmslijmvlies en de inhoud van je darm. Het is ontzettend belangrijk om dit milieu goed op orde te houden, want dan kan de flora ook goed zijn werk doen. Bacteriën zijn namelijk nogal kieskeurig en hebben speciale eisen om goed te kunnen leven. Ze wensen graag wat vocht en houden niet van oorlog voeren met hun mede-darmbewoners. Daarom beschermen ze zichzelf met een slijmlaagje (welke we biofilm noemen). De biofilm kan, bij de goede bacteriën, juist helpen om het darmslijmvlies gezond te houden. Maar irritante darmbewoners maken een hardnekkige biofilm die bijvoorbeeld het opnemen van de voedingsstoffen vermindert, zorgen voor resistentie tegen bepaalde stoffen of zelf de goede bacteriën opnemen in hun slechte biofilm, waarna deze slechte eigenschappen krijgen en veel afvalstoffen gaan produceren.

Als de verhouding tussen de aantallen bacteriën verstoord is, dan spreken we over een dysbiose. Op een grasveld, want prachtig groen ziet, groeit dan teveel mos in plaats van grassprietjes (zeg maar). Redenen waarom een dysbiose kan ontstaan zijn: pathogenen (ziekmakende micro-organismen, zoals bijv parasieten), gebruik van medicatie (en anti-biotica als koploper), stress, ontstekingsreacties (bijv bij een allergie) en door voeding (eenzijdig of verkeerd eetpatroon).

Bacteriën hebben geen keus; ze moeten eten wat de pot schaft (= wat jij in je mond stopt). En het oerwoud van jouw darmen telt het recht van de sterkste; dat wat je te eten geeft, dat groeit en wordt de sterkste. En de sterkste..... die overleeft.

Zie je darmen dus als een sportschool en zorg voor een uitdagend en afwisselend trainingsschema! Zodat alle bacteriën goed met elkaar kunnen samenwerken en ze vóór je gaan werken in plaats van tegen je. Diverse onderzoeken bevestigen een verbinding tussen je darm en je brein (via de nervus vagus). En steeds meer onderzoeken  tonen aan dat je darmen (mits ze goed functioneren) dopamine (beloningsstofje) en serotonine (feel-good stofje) aanmaken; twee neurotransmitters die invloed hebben op jouw stemmingen en emotie.

Je voelt je er dus óók nog eens lekkerder door!

Wil jij weten hoe het met je darmen is gesteld? Of aan de slag met je voeding? Meld je dan aan voor de nieuwsbrief of stuur mij een berichtje!